Skip to main content

In memoriam Jan Pijpers

  • Afbeeldingen | Bron ©: familie Pijpers, rawpixel.com

Jan Pijpers In Memoriam design 1723838361870

Oud-secretaris en erelid Jan Pijpers overleden

Helaas is op 14 augustus 2024 Jan Pijpers op 86-jarige leeftijd overleden. Voorzitter Hugo Luijten schreef onderstaand in memoriam.

Na zijn vervroegd pensioen als ambtenaar bij de PTT werd Jan lid van de Heemkundevereniging Maasstreek. Na enkele jaren maakte hij samen met Louis Schreurs en Harry Rouvroye de overstap naar het Streekmuseum de Schippersbeurs, thans het Historiehuis van de Maasvallei.

Toegetreden tot het bestuur onder leiding van voorzitter Harrie Dobbelstein werd Jan in 1999 secretaris als opvolger van Wil Hensen. Met de opgedane vaardigheden en ervaringen als manager wist Jan van aanpakken. Het bestuur stond voor de taak om na dertig jaar het museum en de collectie te reorganiseren. De administratie en beheer van de collectie werden aangepakt, de tentoonstellingen werden gestroomlijnd in de tijd en gemoderniseerd en er werd een extra expositieruimte gecreëerd met aandacht voor ambachten en het beroep van mijnwerker. Steeds meer werd het nieuwe motto van het museum het leven in de Maasvallei.

Het bestuur werd verjongd en er kwam een conservator die door Jan onder de vleugels genomen werd op een wijze die onvergelijkbaar is zijn soort en een voorbeeld van personeelsbeleid genoemd mag worden. Ook de nieuwe bestuursleden kregen van Jan steun en het volle vertrouwen al bleef hij positief kritisch.

Het verjongde bestuur kwam in het begin van de 21 e eeuw voor een aantal uitdagingen te staan: voor de tweede keer moesten de tentoonstellingen op een nieuwe manier gepresenteerd worden. Met nieuwe media moest het verhaal van het leven langs de Maas opnieuw verteld worden. Daarnaast moest er ruimte gecreëerd worden voor de collectie van Harry Rouvroye waarin het verhaal van de Tweede Wereldoorlog verteld zou worden. Om deze veranderingen te kunnen realiseren ijverde het bestuur voor nieuwbouw die na veel verzet een feit werd.

Toen met de uitvoer van de plannen begonnen werd was het Jan die als een projectleider bijna dag en nacht aanwezig was. Hem ontging niets. Hij zorgde dat de werkzaamheden plaats konden vinden zonder dat er beschadigingen aan bestaande gebouwen of collectie plaats vonden. Hij was het aanspreekpunt voor de architect en de uitvoerder bij acute problemen. 

De nieuwe uitbouw mag gerust zijn levenswerk genoemd worden. Dat het bestuur besloot het buitenplein naar oud-voorzitter Harrie Dobbelstein te vernoemen, de jaren ’50 keuken naar Louis Schreurs en de zaal met de Tweede Wereldoorlog collectie naar Harry Rouvrouye was voor Jan vanzelfsprekend. Zij hadden immers veel voor het museum betekend…….

Groot was voor Jan de verassing dat de vierde zaal in de nieuwbouw naar hem werd vernoemd. Dat hij voor al zijn werkzaamheden voor het Historiehuis benoemd werd tot ere-bestuurslid maakte hem sprakeloos maar ook heel vereerd. Het bestuur deed alleen maar recht aan de grote betekenis van Jan voor het Historiehuis. Later bleek hoe verguld Jan was met deze onderscheiding.

Het tekent de mens Jan Pijpers: gevormd door zijn jeugd en zijn hardwerkende ouders ontwikkelde hij een groot plichtsbesef. Zijn baan als manager bij de PTT leerde hem om met respect met mensen om te gaan. Binnen de verenigingen waar Jan gefunctioneerd heeft kon iedereen goed met hem opschieten. Tegelijkertijd was hij van geboorte “eine stiefköppige Maaskentjer”. Dat hielp hem bij onrechtvaardigheden de hakken in het zand te zetten en op te komen voor de belangen en principes waar hij voor stond zonder daarbij de tegenpartij te frustreren of te beledigen. Je zelf op de borst kloppen hoort daar niet bij.

Enkele jaren geleden voelde Jan zijn krachten af nemen. Met pijn in het hart maar wetende dat het niet anders kon droeg hij het secretariaat over. Aanvankelijk bleef hij de bestuursvergaderingen bezoeken tot ook dat niet meer ging. De wereld om hem heen vervaagde maar Aelse en vooral het museum bleven zijn wereld.

Het bestuur en medewerkers van het Historiehuis van de Maasvallei gedenken Jan Pijpers met diep respect en zijn hem dankbaar voor zijn erfenis: een toekomstbestendig museum met een groep vrijwilligers die dankzij de geest van Jan als een vriendengroep opkomt voor het erfgoed van de Maasvallei.

We wensen Lidy, kinderen en kleinkinderen heel veel sterkte

In memoriam Harry Strijkers

  • Afbeeldingen | Bron ©: Historiehuis van de Maasvallei

Harry Strijkers
A
rchivaris, streekhistoricus, publicist en auteur

Op vrijdag 12 januari 2024 is Harry Strijkers uit Sittard overleden.
Hij werd op 4 november 1943 in Berg aan de Maas geboren, waar hij ook opgroeide.

Op de foto: rechts Harry Strijkers en Guus Peters ten tijde van het schrijven van “De Stiefköppige Maaskentjers”

Ik kende Harry al voordat hij mij kende
In de jaren 80 was hij vrijwel de enige die artikelen en boekjes schreef over de lokale geschiedenis, de geschiedenis van de gewone man. Stambomen waren hier een belangrijk onderdeel van. Ik vond het jammer dat er weinig geschreven werd over mijn dorp, Elsloo. Reden voor mij om voorzichtig mijn grote voorbeeld Harry Strijkers te gaan volgen.

Gedeelde passies
In de jaren 80 werd ik medewerker van het Streekmuseum in Elsloo (nu Historiehuis van de Maasvallei) en daar ontmoette ik Harry voor het eerst persoonlijk. Van begin af aan hadden wij een klik en zaten op een lijn. Harry zat al in het bestuur en ik volgde hem hierin. Hij zat in veel organisaties en betrok me daarbij. Zo kwam ik via Harry in de Maasketen, waar ik weer een andere grootheid, Jean Knoors ontmoette. Zo werd ik ook lid van het Oranje Comite Stein waar Harry voorzitter van was.

Harry opende veel deuren voor mij persoonlijk maar ook voor het Streekmuseum Elsloo. De jaren ’90 waren niet de makkelijkste jaren voor de instandhouding van een klein museum. Van alle kanten lag het Streekmuseum onder vuur. Enerzijds werd er druk uitgeoefend om met het museum in Stein samen te gaan anderzijds moesten we ons bestaansrecht steeds bewijzen. Harry was paraat als er belangrijke beslissingen genomen moesten worden. Hij beredeneerde, besliste mee en verdedigde fanatiek de burcht. Ook schreef hij nog een boekje over ons bestuur bij het 50 jarig bestaan.

Bij ons beider werkgever DSM vonden we elkaar ook. In de jaren 90 werkten we in hetzelfde gebouw en smokkelden menig DSM-uurtje om bomen op te zetten over onze gemeenschappelijke passie: de historie van de Maaskant.

Veelschrijver
Harry heeft enorm veel geschreven. Te veel om op te noemen. Ik ben er trots op dat ik samen met hem het boek “De Stiefköppige Maaskentjers” heb mogen schrijven. We gaan deze ras Bourgondiër en vriend van de Maaskant missen. Er is veel om hem dankbaar voor te zijn en we gaan de weg volgen die hij heeft uitgezet.
Zonder “Harry de Striek” was de geschiedenis van de Maaskant nog steeds onder een dikke laag stof begraven.

Guus Peters
Historiehuis van de Maasvallei Elsloo

In memoriam: Harie Rouvroye

  • Afbeeldingen | Bron ©: Historiehuis van de Maasvallei

"Harie van de veldwachter" 1928 - 2018

Afgelopen vrijdagmorgen 13 juli 2018 is Harie Rouvroye overleden. Het droevige nieuws bereikte ons tijdens de bestuursvergadering later die dag.

Het contrast kon niet groter zijn: tijdens de vergadering was er een positieve en optimistische stemming over het inrichten van de nieuwbouw, de opening van de tentoonstelling op 1 juli j.l. en de plannen voor de toekomst. En dan het bericht dat Harie, na een korte opname in het ziekenhuis in Geleen, onverwacht overleden is.

Harie Rouvroye

Harie was in zijn negentigste levensjaar. Hij was de zoon van de veldwachter en woonde in een ambtswoning die deel uitmaakte van het gemeentehuis. Hij was een nakomertje en had een zus en een broer die meer dan tien jaar ouder waren. Zelf zei hij hierover: “ik ben nooit kind geweest” en “buiten was het voor mij te doen”

Het respect voor zijn ouders en met name zijn vader was groot. Met enige trots vertelde hij regelmatig hoe ”d’n ouwe hjiér” wetten en gezag in het dorp handhaafde, voor niemand bang was en ook de bezetter tijdens de oorlogsjaren regelmatig trotseerde.

De jonge Harie had al snel veel interesse in geschiedenis en begon al jong met verzamelen. Daarbij werd hij gesteund door de overbuurman, onderwijzer Van Mulken die hem altijd voor hield dat niet één, niet twee maar minstens drie bronnen nodig waren om een verhaal te vertellen dat op waarheid berustte.

Bij het zwerven door het dorp sloeg Harie alles op wat hij zag en in het vooroorlogse Elsloo was dat veel. Het dorp veranderde door de komst van de staatsmijn Maurits en de aanleg van het Julianakanaal. De economische crisis van de jaren twintig en dertig, de opkomst van de N.S.B. en de toenemende spanningen in Europa lieten ook hun sporen achter. De jonge Harie lette goed op als ten gemeentehuize of thuis de grote problemen van Europa besproken werden. De basis voor zijn nieuwsgierigheid en interesse werd daar nog verstevigd.

Bij het verzamelen schuwde Harie het niet risico’s te nemen. Als hij zijn vader moet helpen op 10 mei 1940 (na de overgave van de Nederlandse soldaten bij het Julianakanaal) overgebleven wapentuig op te ruimen, verstopt hij een geweer in zijn broek, neemt het mee naar huis en verstopt het op zolder. Daar ligt al de stafkaart over de Duitse inval die hij mee genomen heeft uit een Duitse legertruck die voor het gemeentehuis geparkeerd stond.

Na de lagere school ging Harie naar de ambachtsschool in Sittard. Na het halen van zijn diploma begon hij op het SBB in Geleen. Via de vakschool van DSM en het tegelijkertijd volgen van avondschool kwam hij uiteindelijk op de tekenkamer terecht. Uiteindelijk heeft hij vierenveertig jaar voor DSM gewerkt.

Naast geschiedenis had de natuur Harie’s aandacht en was bijna vanzelfsprekend dat hij na zijn pensionering bestuurswerk ging doen voor het IVN en het Streekmuseum. Verder was hij lid van de heemkundevereniging in Elsloo. Door zijn interesse voor geschiedenis en met name de Tweede Wereldoorlog werden alle vrije tijd en reizen besteed aan de hobby. Elke reis had een doel en moest leiden tot een vergroting van de collectie of verdieping van de kennis.

Thuis op zolder ontstond een waar museum, door Hary steevast “de stelling” genoemd. Hier trok hij zich tot voor kort elke avond terug om te schrijven, het internet af te struinen naar foto’s of onbekende literatuur en om te communiceren met de vele netwerken waar hij lid van was. Hij kon glunderen van trots als hij voldoende bronnen had gevonden om een waarheidsgetrouw verhaal te vertellen.

Harie’s betekenis voor het museum is enorm. Samen met Harrie Dobbelstein, Louis Schreurs en Jan Pijpers heeft hij aan de basis gestaan van de eerste vernieuwing van het museum begin jaren negentig. De collectie werd geïnventariseerd en gereorganiseerd en op een moderne wijze tentoongesteld. In 1999 werd de aanbouw gerealiseerd, de huidige jaren vijftig keuken. Twee maal stelde hij met zijn verzameling een prachtige expositie over de Tweede Oorlog samen.
Samen met Louis Schreurs schreef hij een boek over de aanleg van het Julianakanaal. Ook verscheen een werk over de oorlogsjaren. Met Jan Pijpers en Jac Meijers werden de eerste plannen voor nieuwbouw voor de oorlogscollectie en een depot gemaakt. Enkele jaren geleden besloot hij zijn complete verzameling aan het museum te schenken.

Het realiseren van de nieuwbouw heeft vijftien jaar op zich laten wachten. Het is mooi te zien dat de oorspronkelijke plannen van Harie als basis gediend hebben voor het gebouw dat er nu staat. Ook liet Harie blijken dat inzichten over inrichten van musea veranderen en schroomde hij het niet zijn mening te geven. Harie kon rechtlijnig en soms zwart wit zijn. Dat was niet altijd even makkelijk en heeft weleens tot botsingen geleid. Maar het museum bleef hem altijd dierbaar. Elke donderdagmiddag zat hij op zijn praatstoel en wist iedereen die een vraag had over een foto, een document of een gebeurtenis hem te vinden.

De afgelopen weken heeft hij samen met Piet Pijpers de deeltentoonstelling “10 mei 1940 de Duitse inval“ samengesteld in de naar hem genoemde zaal. Met veel energie en veel moderne ideeën. De opening van de nieuwbouw en de tentoonstelling was een droom die uit kwam en hem emotioneel raakte. Dat bleek tijdens de korte toespraak die hij hield. Enkele dagen later vertelde hij enorm trots te zijn en dat de cirkel rond was.

Het Streekmuseum en de Maasstreek verliezen “eine richtige Maaskentjer” met een enorme betekenis voor het cultureel historisch erfgoed van de streek.

Bestuur en medewerkers wensen de familie veel sterkte.

In Memoriam Ruud Gulikers

  • Afbeeldingen | Bron ©: Historiehuis van de Massvallei

Bestuur en medewerkers van Streekmuseum Elsloo hebben met droefheid kennis genomen van het overlijden van onze collega-medewerker Ruud Gulikers op 17 oktober 2016. 

Foto: links zien we Ruud.

Veel te jong heeft hij als gevolg van een agressieve ziekte afscheid moeten nemen van echtgenote Diana en dochter Sharon. In de laatste week van september bleek hoe ernstig de situatie was. Niemand bevroedde toen dat het ziekteproces zo snel zou gaan. Het is voor ieder van ons dan ook een enorme schok.

We herinneren Ruud als een joviaal iemand die altijd met plezier het vrijwilligerswerk voor het museum deed. Je kon altijd een beroep op hem doen. Voor de medewerkers die de modeshow verzorgen, betekent het overlijden van Ruud het wegvallen van een vriend en de " koajong" die altijd goed was voor de vrolijke noot. 

Bestuur en medewerkers condoleren Diana en Sharon en wensen hen veel sterkte toe in deze moeilijke dagen.
De mooie herinneringen aan Ruud zullen het uiteindelijk winnen van het verdriet.

guuspeters 3

 

In memoriam Mr. Harry Dobbelstein

  • Afbeeldingen | Bron ©: Historiehuis van de Massvallei

Vrijdag 30 november 2012 is toch nog onverwacht onze voorzitter Harry Dobbelstein op 82-jarige leeftijd overleden.
De laatste jaren sukkelde hij met zijn gezondheid maar dat weerhield hem er niet van, meestal samen met zijn echtgenote, de activiteiten van het museum te bezoeken. Pas de laatste twee vergaderingen gaf hij de leiding uit handen. Hij voelde, zo zei hij, dat de krachten afnamen.

Met het overlijden van Harry Dobbelstein verliest het Streekmuseum Elsloo een van zijn mede oprichters en jarenlange secretaris en voorzitter. Daarnaast was Harry lid van het bestuur van de Archeologie Stichting "Dokter Beckers-Pater Munsters" in Stein en heeft hij een  grote betekenis gehad voor het culturele leven in Limburg.

Op 27 april 2012 werd Harry Dobbelstein nog geridderd als lid in de Orde van Oranje Nassau (Foto met dank aan Marsna Magazine)

Beroepsmatig was Harry directeur van de Culturele Raad Limburg. Hij wist deze in drie jaar te reorganiseren tot adviesorgaan van het Provinciale bestuur. Door zijn functie kwam Harry in contact met alle facetten van het culturele leven in Limburg en ver daarbuiten. Zijn netwerk van internationale contacten leidde tot de komst van vele internationaal vermaarde collecties en de uitwisseling van muziek- en toneelensembles.

Van 1952 tot 1998 was Harry secretaris en voorzitter van het Toernooi der Lage Landen waarin toneelgezelschappen uit Nederland en Vlaanderen klassieke toneelstukken uitvoerden. Onder zijn bezielende leiding werden 45 toernooien georganiseerd met optredens van 315 gezelschappen.

Het gebrek aan een zaal, die aan de juiste eisen voldeed en het feit dat ook het overige bloeiende verenigingsleven in Elsloo behoefte had aan een gemeenschapshuis leidde tot de oprichting van een comité dat zou ijveren voor de bouw van een cultureel centrum. Harry Dobbelstein werd voorzitter van het comité en op 3 juni 1972 werd het Maaslandcentrum geopend.

Voor zijn vele verdiensten voor het culturele leven in Limburg werd Harry begin dit jaar benoemd tot Lid in de Orde van Oranje Nassau. In 1998 heeft hij de Zilveren Erespeld van de gemeente Stein ontvangen voor zijn verdiensten voor het Toernooi  der Lage Landen. De gemeente Stein heeft, op initiatief van de Stichting Kleine Monumenten, een cultuurprijs naar hem vernoemd, de Mr. Harry Dobbelsteinprijs.

Harry is geboren en getogen in de Dorpstraat nummer 10 in Elsloo, waar zijn ouders een café uitbaatten en zijn oom een kapsalon had. Hij kreeg al vroeg interesse voor het organiseren van sportwedstrijden: wielrennen, hardlopen en “reipen”. Zelf verklaarde Harry dit organisatietalent van zijn vader geërfd te hebben.

harrydobbelstein jeugdfoto

Harry studeerde na de lagere school aan het Bisschoppelijk College in Sittard (gymnasium) en de universiteiten van Nijmegen en Leuven. 

Zijn belangstelling voor de geschiedenis van Elsloo is geworteld in zijn jeugdjaren toen er archeologische opgravingen verricht werden door vader en zoon Dr.Beckers. Toen na de oorlog andere archeologen, o.a. professor Modderman, uitgebreid onderzoek verrichtten naar Bandkeramische nederzettingen in Elsloo, werd in 1957 door de heren Cupers, Habets en Dobbelstein plannen gesmeed een museum op te richten.

Op 28 februari 1959 was de Stichting Streekmuseum Elsloo een feit. Op 17 september 1960 werd op de Oude Berg, niet ver van Harry’s geboortehuis, het Streekmuseum geopend. Hij zou zijn hele verdere leven secretaris en voorzitter van het bestuur blijven.
Uit de jeugdfoto hiernaast blijkt dat het (be)sturen al vroeg in Harry's genen zat (klik voor vergroting)

Onder zijn leiding, gesteund door coryfeeën als Harie Rouvrouye, Louis Schreurs, Jan Pijpers, Harrie Strijkers en Guus Peters, groeide het Streekmuseum uit tot een onmisbare hoeder van het cultureel erfgoed van Elsloo, Stein en het (Belgisch) Limburgse Maasland in het algemeen.

Als laatste opdracht zag Harry de uitbreiding van de huisvesting van het museum. De gemeenteraad van Stein heeft daarvoor de benodigde gelden vrij gemaakt en de voorbereidingen, volgens de strikte voorschriften die de wet stelt, zijn in volle gang.
Helaas kan Harry de realisatie van zijn laatste droom niet meer meemaken.

Het bestuur van het Streekmuseum en alle vrijwilligers zijn voornemens om in de voetsporen van Harry te treden en in zijn geest verder te gaan bij het uitdragen en bewaken van het cultureel erfgoed van de Limburgse Maaskant.


Mr. Harry Dobbelstein geridderd

De voorzitter en mede oprichter van het streekmuseum, oud-Elslonaar de heer Harry Dobbelstein (81) is op 27 april 2012 geridderd als lid in de Orde van Oranje Nassau.

De versierselen werden hem opgespeld door de burgemeester van de gemeente Meerssen (Harry woont al vele jaren in Geulle)

(Foto met dank aan Marsna Magazine /klik voor vergroting)

De heer Dobbelstein ontplooit al vele tientallen jaren culturele activiteiten; tot zijn pensioen was hij o.a. bestuurder van de Culturele Raad Limburg.

Vanaf 1952 was jij vele jaren voorzitter van het Toernooi der Lage Landen in Elsloo. In 1968 was hij voorzitter van de bouwcommissie van het Maaslandcentrum. Vanaf 1985 is hij tevens bestuurlid bij het Museum Archeologiestichting Stein